Normaal komen de tuinbonen pas eind juni/begin juli op de markt. Maar door het warme voorjaar zijn ze er nu al volop. Tuinbonen gaan al jaren mee in de hollandse keuken. Ik weet nog dat mijn vader met kisten vol terugkwam van de groenteveiling. Dat betekende voor ons dan steevast 3 lange dagen bonen doppen. "Dat is goed tegen wratten!" zij mijn moeder dan altijd als we begonnen te klagen.
Voor tuinbonen geldt: hoe jonger hoe zachter van smaak. Kies dus als je verse tuinbonen koopt de wat kleinere peultjes uit maar knijp er wel even in om te voelen of ze echt vol zijn. Zijn ze ouder dan wordt het velletje wel erg hard. Dubbeldoppen is dan de beste optie, dat is het trouwens sowieso als je ze in een salade verwerkt.
Misschien kan je ze zelf nog herinneren van vroeger met ene paar blokjes ham en wat gesmolten boter eroverheen. Niets mis mee maar ook niet echt spannend.
Het kan ook wel spannend. Combineer ze bijvoorbeeld eens in een lamstajine, gebruik ze in de risotto of geef ze een bijzondere smaak met vanille of citroengras.
Morgen zal ik nog even een leuk recept met deze lekkere bonen posten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten